Zaaien is een leuke manier om je planten te vermeerderen, maar niet alle zaden moeten op de zelfde manier gezaaid worden.
Je hebt zaden die lichtkiemers zijn, dat betekent dat er geen zaaigrond op de zaden moet worden gestrooid. Dit gebeurt o.a bij de Nicotiana’s, Lobelia, Campanula, Monarda, en Antirrhinum, enz.
Dan heb je nog de koudekiemers. Deze zaden hebben kou nodig om te ontkiemen, dus we zetten ze buiten, bij voorbeeld de Eryngium, Hemerocalis, Vernonia enz.
En als laatste de donkerkiemers die na het zaaien een stukje zwarte folie van een plastic zak op hun potje krijgen.
Er dan zijn ook planten die 2-jarig zijn: het eerste jaar maken ze vaak een rozet van bladeren, gaan dan overwinteren en bloeien het jaar erop, zoals de Digitalis, Akelei, Verbascum, viooltjes of stokrozen… Die kun je soms al in het najaar zaaien, dan bloeien ze het jaar erop al. Na de bloei sterven ze dan af, maar soms blijven ze doorgaan na een zachte winter
De zaaigrond waar je in gaat zaaien kan gewoon een zakje zaaigrond van het tuincentrum zijn of als je heel veel wilt zaaien is een combinatie van 2/3 potgrond 1/3 brekerszand en een tuinschepje vermiculite een aanrader. Vermiculite maakt je grond luchtiger en houdt het water beter vast, goed mengen en dan je potjes er mee vullen.
Nadat de potjes zijn gevuld met de zaaigrond pak je een transparante bak en doe daar een laagje lauw water in en plaats daar de potjes in. De potjes zuigen zich nu vol met water en als de grond donker wordt na een paar minuten haal je ze er uit. Nu zaai je de zaadjes in de potjes en strooi er nog wat zaaigrond over heen.Zet de potjes weer in een lege transparante bak, doe er een deksel er op en plaats ze dan in een verwarmde kamer boven de verwarming of op een elektrische deken! Af en toe moet je de deksel op een kiertje zetten om te luchten als het te vochtig wordt in de bak. Als de zaadjes zijn ontkiemt haal je de potjes er uit en zet ze koeler neer zodat ze niet door gaan schieten.
Een andere manier van zaaien is, nadat je de zaaigrond in de potjes hebt gedaan, spuit je de zaaigrond nat met lauw water. Vervolgens zaaien en strooi er grond er over heen. Zet de bak dan ook boven de verwarming maar spuit dan de potjes regelmatig en voorzichtig nat.
Zaai niet te vroeg. Vaste planten vanaf januari en 1-jarigen vanaf eind februari / begin maart Als je te vroeg zaait en te warm, schieten de plantjes de lucht in en dat komt bijna nooit meer goed. Daarom na het ontkiemen, als ze ongeveer een centimeter hoog zijn altijd koeler zetten.
Als de zaailingen 4 blaadjes hebben zijn ze groot genoeg om te ‘verspenen’. Je haalt ze voorzichtig uit de pot, waarbij je er voor moet zorgen dat de wortels en steeltje niet te beschadigen. Je poot ze dan elk in een nieuw potje met wat postgrond zodat ze zelfstandig verder kunnen groeien. Bij heel fijne plantjes kun je ook een paar bij elkaar zetten. Eerst even paar dagen bij laten komen en regelmatig water geven (van onderaf beschadigd het tere plantje niet of met fijne sproeier).
Als ze lekker gaan groeien op een voldoende lichte plek en het wordt zachter weer buiten, kunnen ze af en toe naar buiten om af te harden op een lichte plek zonder directe zon. Elke keer wat langer zolang ze goed gaan. Pas als de nachten minimaal 10 graden zijn en de nachtvorst over is kunnen ze buiten blijven. Pas wel op voor slakken en dergelijke. Als je genoeg transparante bakken hebt kun je die s nachts dichtdoen. Na ijsheiligen kunnen ze in de tuin als ze groot genoeg zijn.
Veel plezier met het zaaien!
Diny
Groei & Bloei zet zich, zoals u ongetwijfeld weet, in voor groene tuinen. Steenvlaktes hebben het grote nadeel dat er weinig groeit, en er dus ook weinig insecten en vogels leven. Bovendien kan bij een tegeltuin het regenwater slecht weg, met als gevolg wateroverlast bij hoosbuien. Dat laatste hebben we vorig jaar veelvuldig gezien.
Maar dat ook schuttingen bijdragen aan achteruitgang van dierenleven is iets waar niet veel mensen bij stilstaan. Als een schutting doorloopt tot aan de grond, kunnen kikkers, muizen en egels de tuin niet in of uit. Als er veel groen in zo’n tuin zit, overleven ze wel, maar zijn ze geïsoleerd van andere tuinen en dus ook van soortgenoten in andere tuinen.
Dat leidt tot inteelt en dat is één van de oorzaken van uitsterven. Bij grotere dieren proberen we dat te voorkomen met bijvoorbeeld wildviaducten die bosgebieden met elkaar verbinden. Het plan Natura 2000 was bedoeld om alle grotere natuurgebieden in Nederland met elkaar te verbinden zodat soorten met elkaar in contact staan. Wegen zorgen voor versnippering van leefgebied en dus tot isolatie.
Natuurlijk zijn er meer oorzaken van achteruitgang van biodiversiteit. Zoals vernietiging van leefgebied (bv steentuinen en volgebouwde groengebieden in de steden), te overvloedige jacht (bv door visserij), klimaatverandering en gebruik van gif.
We kunnen als individu niet overal iets aan doen. Maar wel kunnen we zorgen dat we een groene tuin hebben, met schuilplekken en nestgelegenheid, voedsel voor de vogels het hele jaar door, bloemen voor de bijen en een schutting op pootjes, waar kleine dieren onderdoor kunnen. De natuur zal u dankbaar zijn.
Een compostbak maak je snel en gemakkelijk van 4 pallets, die je in een vierkant plaatst. Zet 3 pallets aan elkaar met hoekijzers. Zet de 4e er zo voor dat je hem weg kunt halen om de compost eruit te scheppen. Met 2 ijzeren staven houd je deze 4e pellet gemakkelijk op zijn plaats.
De compost zelf:
Ik gooi er geen etensresten op i.v.m. het aantrekken van ongedierte. Wel ongekookt keukenafval, koffiefilters en theezakjes (mits van papier). Van het tuinafval gooi ik wortelonkruid, planten met ongewenste zaden, en snoeihout in de GFT bak, de rest kan op de composthoop. Pas op met te dikke lagen pas gevallen blad, dat kan een ondoordringbare laag vormen en verteert dan slecht. Zo nu en dan een beetje mengen en kalk toevoegen kan geen kwaad, maar het geheel met rust laten werkt ook. Op deze manier krijg je een langzame compostering. De berg wordt niet heel warm van binnen, dus onkruidzaden blijven intact. Maar het is weinig werk.
In het voorjaar zet je de hele berg om en zie: onderaan zit een grote hoeveelheid prachtige compost!!! De nog niet verteerde resten gooi je terug in de bak en klaar ben je. En mocht je een visser in je vriendenkring hebben: aan regenwormen geen gebrek!!!
Je hebt overigens het minste werk als je de compostbak in tweeën verdeeld: in de ene helft komt vers afval. In het voorjaar schep je de nog niet goede verteerde bovenste laag in de andere helft. De compost onderin blijft liggen en is klaar voor gebruik.
Als het compostvak leeg is, kun je het nog niet verteerde materiaal weer overscheppen. Enzovoort.
De kant en klare compostvaten die je kunt kopen hebben het voordeel dat je de compost er aan de onderkant uit kunt scheppen. De bak is alleen erg veel kleiner dan de hierboven beschreven bak van pellets, en de opbrengst dus kleiner.
Succes, Henriëtte